8 likes
Geigerteller
Badge voor deze opstelling
Geigerteller
Hoe doe je de opstelling?
In deze opstelling liggen twee schijven: één schijf met al dan niet radioactieve voorwerpen en één schijf met materialen die radioactieve straling kunnen tegenhouden.
Je kan een radioactief voorwerp onder de Geigerteller schuiven, maar ook een materiaal om te zien hoeveel radioactieve straling dat blokkeert.
Wat is de wetenschap erachter?
De voorwerpen in de kast, jij en alles rondom je, bestaan uit kleine deeltjes. Die noemen we atomen. Meestal veranderen die atomen niet over tijd. Maar sommige atomen zijn bijzonder. Zij veranderen wel. Tijdens die verandering komt er energie vrij. Wel, dat vrijkomen van energie is radioactiviteit.
Er bestaan 3 soorten radioactiviteit:
Alfastraling: Deze straling blokkeer je met een velletje papier.
Bètastraling: Deze straling blokkeer je met een laagje plexiglas of aluminium.
Gammastraling: Deze straling blokkeer je met een dikke laag lood.
Sommige van de voorwerpen in de kast hebben bijzondere atomen en zijn dus radioactief. Hoe je dat ontdekt? Door ze onder de geigerteller te schuiven. Dat is een toestel dat de radioactieve straling meet. Hoe meer klikjes per seconde je hoort, hoe meer radioactieve straling. Je kan het aantal klikken per seconde (cps) ook aflezen op het schermpje.
Dit zijn de voorwerpen en de soort straling die vrijkomt:
Ionisatierookmelder (2001): radioactief, alfa- en gammastraling
Optische rookmelder (2022): niet-radioactief
Mineraal cupriet met onzuiverheden: radioactief, alfa‑, bèta- en gammastraling
Mineraal chrysopraas: niet-radioactief
Kaliumzout: radioactief, bèta- en gammastraling
Van nature worden we allemaal blootgesteld aan radioactieve straling. Je vindt radioactieve atomen in de grond, in de lucht, in onze voeding en zelfs in ons eigen lichaam. Maar dat is heel weinig en kan geen kwaad. Pas vanaf een bepaalde hoeveelheid wordt het gevaarlijk.
Met dank aan het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) voor de radioactieve voorwerpen.
Radioactiviteit in onze voeding
Wist je dat bananen radioactief zijn? Dat heeft alles te maken met het kalium dat van nature in het fruit zit.
Even ter geruststelling: je mag zeker nog bananen eten. Je lichaam bevat sowieso al een dosis kalium. Een volwassen persoon is zelfs zo’n 280 keer radioactiever dan een banaan.
Radioactiviteit bij kankerbehandeling
Radioactieve straling kan gevaarlijk zijn, maar dat is het zeker niet altijd. Soms helpt het ons juist. Dokters van vandaag gebruiken radioactieve straling om kankercellen te vernietigen. Radioactiviteit heeft zo al miljoenen mensen geholpen.
Hoe doe je de opstelling?
In deze opstelling liggen twee schijven: één schijf met al dan niet radioactieve voorwerpen en één schijf met materialen die radioactieve straling kunnen tegenhouden.
Je kan een radioactief voorwerp onder de Geigerteller schuiven, maar ook een materiaal om te zien hoeveel radioactieve straling dat blokkeert.
Wat is de wetenschap erachter?
De voorwerpen in de kast, jij en alles rondom je, bestaan uit kleine deeltjes. Die noemen we atomen. Meestal veranderen die atomen niet over tijd. Maar sommige atomen zijn bijzonder. Zij veranderen wel. Tijdens die verandering komt er energie vrij. Wel, dat vrijkomen van energie is radioactiviteit.
Er bestaan 3 soorten radioactiviteit:
Alfastraling: Deze straling blokkeer je met een velletje papier.
Bètastraling: Deze straling blokkeer je met een laagje plexiglas of aluminium.
Gammastraling: Deze straling blokkeer je met een dikke laag lood.
Sommige van de voorwerpen in de kast hebben bijzondere atomen en zijn dus radioactief. Hoe je dat ontdekt? Door ze onder de geigerteller te schuiven. Dat is een toestel dat de radioactieve straling meet. Hoe meer klikjes per seconde je hoort, hoe meer radioactieve straling. Je kan het aantal klikken per seconde (cps) ook aflezen op het schermpje.
Dit zijn de voorwerpen en de soort straling die vrijkomt:
Ionisatierookmelder (2001): radioactief, alfa- en gammastraling
Optische rookmelder (2022): niet-radioactief
Mineraal cupriet met onzuiverheden: radioactief, alfa‑, bèta- en gammastraling
Mineraal chrysopraas: niet-radioactief
Kaliumzout: radioactief, bèta- en gammastraling
Van nature worden we allemaal blootgesteld aan radioactieve straling. Je vindt radioactieve atomen in de grond, in de lucht, in onze voeding en zelfs in ons eigen lichaam. Maar dat is heel weinig en kan geen kwaad. Pas vanaf een bepaalde hoeveelheid wordt het gevaarlijk.
Met dank aan het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle (FANC) voor de radioactieve voorwerpen.
Radioactiviteit in onze voeding
Wist je dat bananen radioactief zijn? Dat heeft alles te maken met het kalium dat van nature in het fruit zit.
Even ter geruststelling: je mag zeker nog bananen eten. Je lichaam bevat sowieso al een dosis kalium. Een volwassen persoon is zelfs zo’n 280 keer radioactiever dan een banaan.
Radioactiviteit bij kankerbehandeling
Radioactieve straling kan gevaarlijk zijn, maar dat is het zeker niet altijd. Soms helpt het ons juist. Dokters van vandaag gebruiken radioactieve straling om kankercellen te vernietigen. Radioactiviteit heeft zo al miljoenen mensen geholpen.
Gerelateerd
Doe de quiz!
Zo kan je een badge winnen